Veiligheid is een belangrijk maatschappelijk thema. Het onderwijs is bij uitstek de plek waar scholieren, maar ook leraren en medewerkers, zich veilig moeten voelen. Alleen in een veilige omgeving kan een leerling of student leren en ontwikkelen. Helaas gebeuren er soms dingen in het onderwijs en de kinderopvang die de veiligheid wegnemen. Seksueel , psychisch of fysiek geweld bijvoorbeeld. Om scholen extra hulp te bieden zijn er de vertrouwensinspecteurs van de Inspectie van het Onderwijs. Wanneer bel je een vertrouwensinspecteur en op welke manieren kunnen zij instellingen helpen?

Barry Lommen, Gymnasium Apeldoorn

Barry Lommen, rector van het Gymnasium Apeldoorn weet het nog goed: “We zijn een relatief kleine school met 600 leerlingen. Er gebeurt hier niet zoveel, dus als we een incident hebben, gonst dat gelijk door de hele school. Een tijdje geleden kreeg een van onze leerlingen te maken met fysiek geweld. Dit was natuurlijk al heftig, maar tijdens gesprekken met de betrokkenen bleek dat discriminatie een mogelijke rol speelde. Dit maakte de situatie nog complexer, dus zijn wij gaan onderzoeken hoe we dit als school het beste konden benaderen. Ik wist dat ik bij bepaalde incidenten verplicht ben een melding te maken volgens de meld-, overleg- en aangifteplicht in de onderwijswetten. Hoewel het voor deze situatie niet het geval was, hadden we wel behoefte aan extra ondersteuning. Zo kwam ik bij de vertrouwensinspecteurs van de Inspectie van het Onderwijs terecht.” 

Zelf contact opnemen met een vertrouwensinspecteur?

Ouders, leerlingen, docenten, directies en besturen, maar ook vertrouwenspersonen kunnen de vertrouwensinspecteur van de Inspectie van het Onderwijs raadplegen wanneer zich in of rond de school of opleiding (ernstige) problemen voordoen op het gebied van:

  • seksueel misbruik (zedenmisdrijven)
  • seksuele intimidatie
  • psychisch en fysiek geweld (waaronder pesten)
  • discriminatie en radicalisering

De vertrouwensinspecteurs zijn alle werkdagen tijdens kantooruren bereikbaar op het nummer: 0900 111 3 111.
 

Rechten en plichten

De vertrouwensinspecteurs zijn er voor het hele onderwijs: van kinderopvang tot en met hoger onderwijs en Caribisch Nederland. Jeanette Wolleswinkel is coördinator van deze groep medewerkers. “We werken met een klein team van ongeveer 20 inspecteurs in het onderwijs die naast hun reguliere inspectiewerk ook een deel van hun werk uitvoeren als vertrouwensinspecteur. Wij zijn in eerste instantie een meldpunt. Daarnaast kunnen we scholen helpen met advies, monitoring en in sommige gevallen begeleiding. Als het gaat om (het vermoeden van) ernstige situaties zoals seksueel misbruik of mishandeling in de kinderopvang, dan is het bestuur van de school verplicht om direct met ons te overleggen.”

De meld-, overleg- en aangifteplicht in de onderwijswetten

In de onderwijswetten is de meld-, overleg-, en aangifteplicht opgenomen voor zedenmisdrijven. In de verschillende wetsartikelen rondom deze plicht worden 3 belangrijke kenmerken genoemd:

  • Het moet gaan om een vermoeden van een zedenmisdrijf
  • De dader is een met taken belast persoon (bijvoorbeeld een leraar) van de school of instelling
  • Het slachtoffer is een minderjarige leerling of een minderjarige student van de school of instelling.

"Het is goed om te weten dat je bij de vertrouwensinspecteur terecht kan voor vrijblijvend advies. Hoe klein of groot de kwestie ook is.”

Luisterend oor

“De eerste rol die een vertrouwensinspecteur vervult is, het bieden van een luisterend oor”, zegt Jeanette Wolleswinkel. Barry Lommen kan dit beamen. “Dat klinkt als weinig concreet, maar het is heel erg fijn en nuttig om iemand van buiten jouw organisatie te spreken over het probleem. Zeker op een kleine school als die van ons. De vertrouwensinspecteur die wij spraken, bood niet alleen een luisterend oor, maar door goed door te vragen kon zij heel duidelijk schetsen hoe de situatie in elkaar zat. Dat was ook voor mij en het bestuur belangrijk. Het is goed om te weten dat je bij de vertrouwensinspecteur terecht kan voor vrijblijvend advies. Hoe klein of groot de kwestie ook is.”

Jeanette vult aan: “De vertrouwensinspecteurs luisteren en informeren. We zoeken niet uit of iets echt gebeurd is en zullen zelf het probleem niet oplossen, maar we kunnen wél meedenken over hoe de oplossing bereikt kan worden. Door een gesprekspartner te zijn en de situatie van buitenaf te overzien, kan een vertrouwensinspecteur de handvatten bieden die een school nodig heeft om het probleem op te lossen. Ons advies is vaak: houd het zo klein mogelijk en zorg goed voor iedereen die betrokken is. Als dit niet lukt, kunnen wij de melder verder adviseren of doorverwijzen.”

Een vertrouwensinspecteur doet zelf geen aangifte, maar zal wel aangeven wanneer aangifte mogelijk of zelfs verplicht is. En als dat nodig is kan de vertrouwensinspecteur ook advies geven, over bijvoorbeeld het proces van het indienen van een formele klacht of aangifte.

De school is niet alleen een plek om te leren, maar ook om op te groeien. En dat moet veilig gebeuren.

Veilig onderwijs is de basis

Er is de afgelopen jaren steeds meer aandacht voor de school als veilige omgeving. Dit merkt Jeanette Wolleswinkel ook. “Vanuit scholen is natuurlijk veel aandacht voor de basisvaardigheden rekenen, taal en burgerschap. Maar je ziet ook dat de focus steeds meer komt te liggen op een veilige omgeving om deze vaardigheden te kunnen ontwikkelen. De school is niet alleen een plek om te leren, maar ook om op te groeien. En dat moet veilig gebeuren. Het bespreken van de cultuur op school wordt steeds belangrijker. Dat betrokkenen zich sneller uitspreken of om hulp vragen, zien we deels ook terug in de hoeveelheid meldingen: het aantal neemt de laatste jaren steeds toe.”

Poster met omgangsregels op een school voor voortgezet onderwijs: we behandelen elkaar zoals we zelf behandeld willen worden, we letten op taalgebruik en komen op tijd

"Het lijkt misschien klein, maar een luisterend oor kan echt al een verschil maken.”

Hoe gaat het nu op het Gymnasium Apeldoorn? “Het is allemaal nog vrij vers, maar de lucht lijkt geklaard”, zegt Barry Lommen. “Het is een complexe situatie en de gesprekken met de vertrouwensinspecteur gaven ons het vertrouwen dat we het goed hebben aangepakt. Het lijkt misschien klein, maar een luisterend oor kan echt al een verschil maken.”

Meer weten over de vertrouwensinspecteurs van de Inspectie van het Onderwijs, of op zoek naar de contactgegevens? Lees meer op onze website.

Toename meldingen bij vertrouwensinspecteurs 

Dat verreweg de meeste leerlingen en studenten zich veilig voelen, betekent niet dat er geen problemen zijn. Het aantal meldingen bij onze vertrouwensinspecteurs nam toe. In schooljaar 2022-2023 kwamen er 2.152 nieuwe dossiers op het meldpunt van de vertrouwensinspecteurs binnen (Inspectie van het Onderwijs, 2024f). Een jaar eerder waren dat er 1.743. De stijging kan verschillende oorzaken hebben. Het meldpunt bij de inspectie kan bekender zijn, maar er kunnen ook andere zaken spelen. De toename is op meerdere gebieden zichtbaar: psychisch geweld, fysiek geweld, seksuele intimidatie en seksueel misbruik. Naast meldingen bij de vertrouwensinspecteurs stijgt ook het aantal signalen dat bij de inspectie binnenkomt rond het thema veiligheid: een verdubbeling van het aantal in 2 jaar tijd.

Uit De Staat van het Onderwijs 2024, hoofdstuk 4.3, blz. 73.