Slim werven: een flexibel personeelsbestand

Ook voor Islamitische basisschool El Habib in Maastricht is het een voortdurende strijd om voldoende leraren te vinden. Toch is het de afgelopen jaren nog nooit gebeurd dat een klas naar huis moest worden gestuurd omdat er niemand voor de klas kon staan. Dagelijks bestuurder Mehmet Demirbas legt uit hoe de school dit voor elkaar krijgt.

Mehmet Demirbas, dagelijks bestuurder Islamitische basisschool El Habib

Kunt u wat meer over de school en jullie leerlingen vertellen?

“We geven hier les vanuit een Islamitische levensbeschouwing. Dat doen we aan ongeveer 400 kinderen met 22 verschillende nationaliteiten. We hebben te maken met een relatief hoge achterstandsscore: gemiddeld lopen leerlingen bij binnenkomst 1,5 tot 2 jaar achter op het landelijk gemiddelde. We bieden daarom extra taalonderwijs aan en geven kinderen die dat nodig hebben veel persoonlijke aandacht. We doen bijvoorbeeld aan remedial teaching voor kinderen met een achterstand, maar bieden ook programma’s aan voor kinderen die juist hoogbegaafd zijn.”

Wat vraagt die hoge achterstandsscore van jullie leraren?

“Zij moeten niet alleen over goede basisvaardigheden beschikken, maar ook goed kunnen inschatten welke leerlingen extra aandacht nodig hebben. Daarbij worden ze begeleid door een intern begeleider, waar ze elke week mee bespreken wat er opvalt in de klas: welke kinderen bijvoorbeeld achterlopen of aan welke thema’s ze mogelijk extra aandacht moeten besteden.

Verder is het belangrijk dat onze leraren goed kunnen omgaan met de diverse populatie. Het gaat dan niet alleen om veel verschillende talen en culturen, maar ook om aandacht voor de thuissituatie. In de gezinnen van onze kinderen is relatief veel sprake van armoede of spelen er soms sociale problemen. Waar nodig betrekken we maatschappelijk werk.”

Hoe moeilijk is het voor jullie om voldoende leraren te vinden?

“Dat we een Islamitische school zijn, maakt het niet makkelijker. We willen graag een mix van leraren met en zonder Islamitische achtergrond. Dat is best wel een uitdaging. Leraren zonder Islamitische achtergrond twijfelen soms of ze zich hier wel thuis zullen voelen. Daarnaast hebben we natuurlijk te maken met het landelijke tekort. Ik werk nu vijf jaar op deze school. Al die tijd is het een uitdaging geweest voldoende leraren te vinden. Toch is het nog nooit gebeurd dat we leerlingen naar huis hoefden te sturen omdat er niemand was om voor de klas te staan.”

"Via meedraaidagen kunnen zij-instromers inschatten of lesgeven iets voor ze is."

Hoe krijgen jullie dit voor elkaar?

“We zijn een opleidingsschool: via stages komen we daardoor met veel nieuwe leraren in contact. Die bieden we na het afronden van hun opleiding vaak meteen een baan aan. Verder maken we gebruik van het feit dat we hier dicht bij de grens met België zitten, waar het lerarentekort nog minder groot is en de arbeidsvoorwaarden wat minder goed. We werken bijvoorbeeld samen met een pabo in België: die delen folders uit van onze school. Op dit moment komen 10 van de 25 leraren uit Vlaanderen. Een aantal daarvan hebben de pabo in Nederland gedaan. De leraren die onderwijs in België hebben gevolgd krijgen een extra inwerkprogramma om zich het Nederlandse curriculum eigen te maken.

Een andere pijler van onze aanpak is de verkorte pabo voor onderwijsassistenten: zij kunnen met behulp van een subsidie van de overheid in twee jaar tijd hun licentie halen met een combinatie van werk, stage en studie. Ook dat heeft de afgelopen jaren twee nieuwe leraren opgeleverd. 

Tot slot hebben we regelmatig zij-instromers, vooral van hbo-opleidingen. Na het afleggen van een assessment mogen zij direct voor de groep staan. Dat is voor die studenten natuurlijk best een grote stap. Daarom organiseren we meedraaidagen, zodat ze goed kunnen inschatten of lesgeven iets voor ze is.”

Emel Serdan-Baskaya is moeder van een leerling op El Habib. Toen zij hoorde van het lerarentekort en van het zij-instroomtraject ging ze ervoor. Emel staat tegenwoordig met veel plezier voor groep 4.

Hoe begeleiden jullie nieuwe leraren?

“We hebben voor alle klassen een parallelklas. Dus naast groep 8A, hebben we bijvoorbeeld ook een groep 8B. Beginnende docenten hebben daardoor altijd een parallelcollega om mee te sparren. Verder kunnen ze terecht bij de intern begeleiders en een externe begeleider en bieden we eventueel extra scholing aan.”

Meer lezen over het begeleiden van beginnende leerkrachten? Lees dan in het magazine van vorig jaar het artikel Interne leercoaches zorgen voor lagere uitval en hogere effectiviteit leerkrachten.

Hoe gaan jullie om met uitval, bijvoorbeeld in het griepseizoen?

“We lossen dat op door een flexibel personeelsbestand. De leraren die Levelwerk en remedial teaching geven, schalen bijvoorbeeld hun eigen lessen op piekmomenten tijdelijk af. Ze draaien dan voor een korte periode mee in de ‘normale’ lessen. Hetzelfde geldt voor de vakdocenten handvaardigheid en gymnastiek die we bij El Habib hebben: ook zij beschikken over een licentie om les te geven. Tot slot springen ook onze intern begeleiders en de adjunct-directeur soms bij. Dit betekent dat zij hun dagelijkse taken even uitstellen: de lessen krijgen dan prioriteit.”

"Bijna alle leraren die hier in 1997 gestart zijn zitten er nog steeds. Dat zegt genoeg."

Lukt het jullie ook goed om leraren te behouden?

“In 1997 is deze school gestart. Bijna alle leraren die hier toen werkten zitten er nog steeds. Dat zegt genoeg. Leraren waarderen vooral de goede sfeer. We organiseren regelmatig leuke activiteiten met elkaar en vormen samen een soort familie. Dat we op piekomenten voor elkaar bijspringen, helpt ook voorkomen dat de werkdruk te hoog wordt. Leraren houden bijvoorbeeld tijd over om groepsplannen te maken. Of om extra aandacht te besteden aan leerlingen die dat nodig hebben.

De goede sfeer slaat ook over op de ouders van de kinderen. Zij spelen sowieso een belangrijke rol op onze school: wij zien ouders ook als leraren. Kinderen krijgen vanaf groep 1 al huiswerk en ouders bieden we daarbij oefenmaterialen aan. Veel ouders zetten zich daarnaast in voor activiteiten op school, bijvoorbeeld op feestdagen. De goede sfeer daar was in de afgelopen jaren voor twee ouders aanleiding om de verkorte pabo te gaan doen. Ook dat heeft weer nieuwe leraren opgeleverd.”

Ook Wendy is zij-instromer, lees hieronder haar verhaal

Om meer mensen te interesseren voor een baan in het onderwijs is onder meer de openscholendag bedacht. Scholen openen hierbij hun deuren en vertellen het ‘echte’ verhaal. Het trok de 45-jarige Wendy Wolters uit Winterswijk over de streep: sinds september volgt ze een deeltijdopleiding aan de pabo.

“Na de havo overwoog ik ook al om het onderwijs in te gaan. Ik heb toen ook een open dag bezocht, maar twijfelde of het leraarschap wel echt iets voor mij zou zijn. Ik besloot toen toch voor mijn vwo te gaan en ben uiteindelijk als intercedent gaan werken. Hoewel ik dat na bijna 20 jaar nog steeds met plezier doe, raakte ik uiteindelijk toch weer geïnteresseerd in het onderwijs. Een kennis tipte mij dat er een openscholendag zou plaatsvinden. Rond die tijd bleek er vlakbij mijn woonplaats Winterswijk ook nog een open avond van de pabo te zijn. Dat is vast geen toeval, dacht ik.”

Bij twijfel proberen

“De open dag wilde ik vooral gebruiken om mijn ervaringen van destijds te toetsen. Daar bleek het een ideale gelegenheid voor. Ik had een afspraak van 9 tot 11 en werd begeleid door een leraar die alle tijd voor me had. Ik kon al mijn vragen stellen, in een aantal klassen meekijken en eens rustig om me heen kijken. Ik ben een gevoelsmens, dus wilde vooral mijn gevoel laten spreken. Ik heb daarna ook nog de open avond bij de pabo bezocht en dacht uiteindelijk: ik moet het gewoon proberen. Anders zal ik nooit weten of het onderwijs iets voor me is.”

Belangrijke rol voor stagescholen

“Sinds september vorig jaar heb ik twee avonden in de week les en loop ik één dag stage. Vooraf had ik al gehoord: de pabo is niet per se moeilijk, maar wel véél. En dat klopt. Hoewel ik een dag minder ben gaan werken, moet ik er alsnog best veel voor doen en laten. Alles is nieuw, en daar komen soms ook wel emoties bij kijken. Ik zie dat ook op de opleiding: de uitval is behoorlijk hoog. Ik denk dat de stagescholen hier mede bepalend in zijn. Van andere studenten hoor ik dat die niet allemaal even flexibel zijn, wat bij deeltijdstudenten soms wel nodig is. De realiteit is: een baan in het onderwijs is voor ons vaak geen noodzaak. We hebben bewust voor de opleiding gekozen, maar omdat we al een baan hebben, moet het vervolgens ook echt goed voelen.”

‘Het zou misschien schelen als scholen op hun website al uitleggen wat de mogelijkheden voor zij-instroom zijn.’

Inzicht in de mogelijkheden kan beter

“Ik had ook voor het pad van zij-instromer kunnen kiezen, maar een deeltijdopleiding voelde voor mij veiliger, omdat je nog niet meteen zelfstandig voor de klas staat. Nu ik meerdere verhalen heb gehoord over zij-instroom, had ik daar misschien toch nog wel wat meer over willen weten. Maar ik wist minder goed waar en hoe ik hier informatie over kon vinden. Het zou misschien schelen als scholen op hun website al uitleggen wat hiervoor de mogelijkheden zijn. Los daarvan ben ik blij met de keuze die ik gemaakt heb. De opleiding is vanaf dag 1 ook al heel praktijkgericht. En dat is fijn, want zo kan ik snel ervaren hoe het voor de klas staan bevalt. En die ervaring is tot nu toe heel goed.”