Een complexe thuissituatie, faalangst of een diagnose zoals autisme of ADHD. Er kunnen allerlei factoren zijn die ervoor zorgen dat een leerling gedragsproblemen vertoont of moeite heeft met het volgen van de les. Hoe gaan scholen hiermee om en welke extra ondersteuning bieden zij om aan te sluiten op de specifieke behoeften van deze leerlingen? Middelbare school het Tender College in IJmuiden en D’Oultremontcollege in Drunen hebben een heldere visie en een duidelijk doel: ervoor zorgen dat scholieren weer tot hun recht komen, liefst binnen de vertrouwde omgeving van hun eigen school.

Djamila Grotens, trajectbegeleider binnen het zorgteam op het Tender College

Tom heeft het al een tijdje niet makkelijk op school. Hij sjokt lusteloos door de gangen en zit vaak onderuitgezakt in de klas. Huiswerk maken? Hij kan zich er niet toe zetten. Zijn cijfers? Die zijn niet best. En hoewel hij zijn klasgenoten niet stoort, baren zijn afwezige houding en gebrek aan inzet docenten zorgen. Zelf weet Tom ook niet goed wat hij met zichzelf aan moet. Steeds vaker vraagt hij zich af: heeft het nog wel zin om naar school te gaan?

De leerling met wie het niet zo goed gaat: het is geen unieke casus. Toch vraagt het om bewuste inspanningen en extra ondersteuning om zo’n leerling weer op het juiste spoor te krijgen. Op het Tender College, waar zorg volledig geïntegreerd is in de schoolstructuur, kan Tom (gefingeerde naam, red.) rekenen op de steun van Djamila Grotens. Als trajectbegeleider binnen het zorgteam begeleidt zij leerlingen zowel in als buiten de klas, en biedt ze ondersteuning aan docenten en mentoren.

"Ik geef leerlingen graag de mogelijkheid om zelf de eigen regie te nemen."

Korte lijnen en een open sfeer

Dankzij de kleinschaligheid van het Tender College, met slechts 280 leerlingen, zijn de lijnen kort. Docenten en mentoren werken nauw samen en leerlingen die opvallen of vastlopen, worden doorverwezen naar het zorgteam. Die persoonlijke aanpak, gericht op het vinden van oplossingen, is volgens Djamila kenmerkend voor haar school. “We richten ons altijd op wat er mogelijk is. Niet door van bovenaf te vertellen wat leerlingen moeten doen, maar door echt naast hen te staan en samen te praten. Ik geef leerlingen graag de mogelijkheid om zelf de eigen regie te nemen. Op mijn muur hangt een whiteboard waar ze onderwerpen mogen opschrijven waarover ze willen praten. Het visueel maken helpt; gesprekken blijven beter hangen.”

Djamila ervaart op haar school een open sfeer waarin veel ruimte is om van elkaar te leren. “Het is een warm team. Collega’s krijgen graag tips en vragen zelf ook om advies als ze tegen uitdagingen aanlopen, dat vind ik bijzonder. Ook is het mooi om te zien wanneer een leerling erin slaagt angsten of onzekerheden te overwinnen. En als leerlingen trots zijn op zichzelf, dan geeft me dat echt een gevoel van voldoening.”

Marleen van Hout, ondersteuningscoördinator op het D’Oultremontcollege

Successen én uitdagingen delen

Leerlingen die stappen zetten en na een moeilijke periode weer met een glimlach naar school komen. Het zijn deze ‘kleine successen’ waar ook Marleen van Hout energie uit haalt. Zij werkt op het D’Oultremontcollege en is daar als ondersteuningscoördinator verantwoordelijk voor alles wat te maken heeft met de basis- en extra ondersteuning. Ze leidt het ondersteuningsteam, begeleidt zowel leerlingen als docenten, onderhoudt de contacten met het samenwerkingsverband passend onderwijs (SWV) en externe (zorg)partners, en ontwikkelt beleid en verzorgt trainingen.

Dat is soms best een zoektocht. “Onze school telt 1300 leerlingen, we moeten dus goed nadenken waar en voor wie we extra ondersteuning inzetten,” legt Marleen uit. “Tijdens het jaarlijkse monitorgesprek met het SWV verantwoord ik welke keuzes we maken, zowel over inzet van middelen als interventies. We bespreken de successen, maar ook de obstakels. Ik heb gemerkt dat mijn enthousiasme aanstekelijk werkt, en door proactief ook onze uitdagingen te delen, ontstaat er een gelijkwaardig gesprek. Dat wordt door beide kanten enorm gewaardeerd.”

In het D’Oultremontcollege in Drunen is er een speciale ruimte gemaakt voor leerlingen die te laat zijn of een ‘time-out’ nodig hebben. Hier komen zij op adem en gaat de leerkacht met hen in gesprek voordat ze de klas binnenkomen.

"We willen ons onderwijs zó organiseren dat zoveel mogelijk leerlingen kunnen meedoen aan de reguliere lessen."

Investeren in een sterke basis

Het D’Oultremontcollege focust sterk op het doelgericht en eenvoudig inzetten van zorg. Marleen: “We hebben gemerkt dat door te investeren in een sterke basis binnen de klaslokalen zelf, we al een groot verschil kunnen maken. Of het nu gaat om leerlingen met ADHD, autisme of concentratieproblemen, we willen ons onderwijs zó organiseren dat zoveel mogelijk leerlingen kunnen meedoen aan de reguliere lessen. Leerlingen met dyslexie blijven bijvoorbeeld gewoon in de klas, maar kunnen daarnaast rekenen op standaardvoorzieningen zoals extra tijd bij toetsen en docenten die hiervan op de hoogte zijn.”

Tegelijkertijd ziet Marleen dat het aantal ondersteuningsverzoeken toeneemt. “20 procent van onze leerlingen heeft een leer- of gedragsstoornis en daardoor recht op aanpassingen. Wanneer een leerling extra ondersteuning nodig heeft, gaan we via het ondersteuningsteam aan de slag met maatwerk. Denk bijvoorbeeld aan een leerling die worstelt met anorexia, voor zo iemand kan het moeilijk zijn om het volledige lesprogramma te volgen. Soms betrekken we externe ondersteuners voor advies.”

“Doordat leerlingen hier niet aan een tafeltje hoeven te zitten zoals in de klas, voelen ze zich meteen meer op hun gemak."

Droomposter als hulpmiddel bij gesprek

Terug naar het Tender College, waar Tom wat vertwijfeld klopt op de deur van Djamila’s kantoor. Zodra hij binnenstapt, wacht hem een comfortabele fauteuil, eentje waarin hij wél weg mag zakken. Dat is geen toeval. “Doordat leerlingen hier niet aan een tafeltje hoeven te zitten zoals in de klas, voelen ze zich meteen meer op hun gemak,” vertelt Djamila. Uiteraard gaan we wel serieus aan de slag. “De meeste leerlingen zijn gemotiveerd voor trajectbegeleiding omdat ze het ook anders willen maar niet goed weten hoe. Ik vind het heel knap van hen dat ze openstaan voor hulp. Het komt zelden voor dat een leerling echt niet wil.”

Om een leerling eerst op een laagdrempelige manier te leren kennen, maakt Djamila vaak gebruik van de ‘droomposter’-techniek, waarbij leerlingen hun dromen en wensen visualiseren. “Deze gesprekken zijn geen zoektocht naar directe oplossingen, en dat hoeft ook niet. De kracht zit hem in het feit dat het hen prikkelt na te denken over hun toekomst. Voor sommigen is dat lastig; ze zijn niet gewend om op deze manier te denken. Ik benadruk altijd dat dromen niet per se realistisch hoeven te zijn. Door goed te luisteren en vragen te stellen, kom ik al veel te weten. Waardevol voor mij als begeleider, maar ook voor de leerling zelf.”

Droomposter

“Met de juiste begeleiding kun je zowel docenten als leerlingen helpen."

Extra ondersteuning aan docententeam

Soms kan het effectiever zijn om in plaats van individuele trajecten met leerlingen, te kiezen voor begeleiding van docenten. Op het D’Oultremontcollege gebeurde dit in een brugklas met veel leerlingen met ADHD. “In het begin zaten docenten en de mentor regelmatig met hun handen in het haar,” vertelt Marleen. “Daarom startten we als zorgteam een traject met het hele docententeam. We maakten duidelijke afspraken, hanteerden een consistente aanpak en pasten dezelfde methoden toe om gewenst gedrag te bevorderen. De docenten hadden wekelijks overleg over doelen en voortang, en versterkten elkaar op die manier.”

Deze aanpak wierp zijn vruchten af: het gaat nu uitstekend met de klas. “Met de juiste begeleiding kun je zowel docenten als leerlingen helpen. En ik vind het extra leuk dat dit positieve effect zich door onze school verspreidt. Onlangs kwamen twee andere mentoren naar me toe om een soortgelijk traject te starten met hun tweedejaarsklassen. Dat is toch geweldig?”

"Voor leerlingen waarvan de schoolloopbaan niet vlekkeloos maar uiterst grillig verloopt, is er met extra ondersteuning veel mogelijk."

Realisme: soms is een andere school beter

Voor leerlingen waarvan de schoolloopbaan niet vlekkeloos maar uiterst grillig verloopt, is er met extra ondersteuning veel mogelijk. Tegelijkertijd is het ook belangrijk realistisch te zijn. “We proberen alles in te zetten, maar moeten soms erkennen dat we een leerling niet kunnen bieden wat hij of zij nodig heeft. Dan gaan we samen op zoek naar een beter passende plek,” vertelt Djamila. “Laatst kreeg ik een e-mail van een moeder van een voormalige leerling, waarin zij schreef dat haar dochter blij was met haar nieuwe school. Dat is natuurlijk heel fijn om te horen. Het was jammer dat we haar moesten laten gaan, maar we wisten dat dit de juiste stap was.”

En Tom? Die ontdekte dankzij de leerlingbegeleiding zijn passie voor sport en werd zich bewust van de verantwoordelijkheid die hij voor zijn familie voelde. Hij begon praktisch na te denken over zijn toekomst en besefte dat hij later een baan wilde vinden waarmee hij een stabiel leven op zou kunnen bouwen. Hij leerde zichzelf beter begrijpen én kreeg weer zin om naar school te gaan.

Geleerde lessen en tips van het Tender College en het D’Oultremontcollege

Zorg voor structuur

Breng de basis op orde: zorg voor een structuur op school waar zoveel mogelijk leerlingen van profiteren, waardoor individueel maatwerk minder vaak nodig is.

Motiveer leerlingen én thuisfront

Motivatie is cruciaal voor leerlingenbegeleiding, zowel van de leerling zelf als van het thuisfront. Bespreek en bevorder motivatie vooraf.

Stel doelen op

Stel samen met leerling, mentor en ouders doelen op om ontwikkeling te stimuleren en trots te ervaren. Doelen kunnen er als volgt uitzien: herkent de lichamelijke signalen in de opbouw van zijn boosheid; weet wat hem helpt om rustig te worden als hij boosheid voelt; kan zelfstandig de hulpmiddelen inzetten die hem helpen om rustig te worden als hij boos is.

Denk in mogelijkheden

  • Als het voor een leerling nog een te grote stap is om in teamverband aan een sporttoernooi mee te doen, dan wordt er altijd gekeken op welke manier de leerling toch kan participeren in het toernooi. Bijvoorbeeld als assistent van de scheidsrechter, scorebriefjes ophalen en scores bijhouden.
  • Een time-out (10 minuten) aanbieden als een leerling snel overprikkeld raakt in een les zodat een leerling daarna weer kan instromen en het lesuur kan afmaken.

Benut methodes, hulpmiddelen en gesprekstechnieken

  • Betrek leerlingen actief bij gesprekken, geef hun regie over onderwerpen en gebruik visuele ondersteuning, bijvoorbeeld door middel van een whiteboard.
  • Achter zorgen schuilen vaak wensen. Hiervoor kun je een methode als ‘De trein van boos naar middel’ gebruiken. Dit is een oplossingsgerichte methode die helpt om vanuit de wensen realistische doelen te formuleren met acties om die doelen te realiseren en dichterbij de wens te komen.
  • Gebruik gesprekstechnieken zoals de droomposter om de leerling beter te leren kennen en gesprekken te faciliteren over hun wensen en toekomst. Uitleg hierover is te vinden in de bovengenoemde methode 'Trein van boos naar middel' bij station Wens.
  • Maak gebruik van visuele hulpmiddelen, zoals het whiteboard, om informatie beter te laten beklijven. Ook een cursus als ‘Teken je gesprek’ is een praktische tool hiervoor.

Wees creatief

Wees creatief en denk buiten de kaders, zoals een begeleiding van een docententeam in plaats van individuele leerlingtrajecten

Geef leerlingen een keuze

Bied leerlingen keuzemogelijkheden, zoals een ‘keuzewerktijd’ waarin ze kunnen werken aan wat zij belangrijk vinden of nodig achten. 

Wees realistisch

Wees realistisch: soms is een andere school passender voor een leerling. Begeleid leerling en ouders tijdens de weg hiernaartoe. 

Meer aanbevelingen leest u in De Staat van het Onderwijs 2024, blz. 80.

De Staat van het Onderwijs 2024, passend onderwijs blz. 85